'Hij was de laatste, en met mij de enige op de gehele wereld..'
"Ik begaf mij, in de vallende schemering, naar een naburig, braakliggend stuk land, verzekerde mij ervan dat ik onbespied was en ging, huiverend, in een door de straatjeugd in het zand uitgegraven kuil zitten. In de nabijheid van de kuil had ik een aantal vogelvederen gevonden, waarschijnlijk de resten van een prooi van de kat. Ik maakte in de kuil een vuur, waarop ik de vederen verbrandde, en staarde in de vlammen en de rook. Voorzichtig fluisterend sprak ik de naam uit: "Isis"... Eén man was er nog, die haar aanbad, maar die ik nooit zoude kunnen vinden of zoude kennen; die misschien al niet meer leefde...Hij was de laatste, en met mij de enige op de gehele wereld..En na hem zoude ik de allerlaatste zijn, geheel alleen, de enige op aarde...Betekende dat niet, dat ook ik zelf niet behoorde te bestaan?..."
in: Gerard Reve, Moeder en Zoon, Amsterdam MCMLXXIV p.64
vrijdag, juni 09, 2006
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten