Zoude God ooit een mens verlaten?
'Mijn moeder stierf betrekkelijk jong, omdat ik niet voldoende van haar hield. Mijn vader overleefde haar zestien jaren en stierf oud, omdat ik al vroeg een hekel aan hem kreeg en hem tenslotte haatte. (Ik keur dit niet goed, maar het is zo) Verder ben ik niet tegen de dood, zoals zo veel domme mensen. Het werkelijke probleem is de verlatenheid. Alleen zijn is meestal nog wel te dragen, het zich verlaten weten nooit. Ik vroeg mij af hoe God Zich gevoelde, en of God ooit een mens of enig ander schepsel zoude verlaten. Maar ik liet de vragen wederom rusten, want ik had er geen verstand van.'
Gerard Reve, in: Het Boek Van Violet En Dood , Amsterdam/Antwerpen 1996, p. 29
zaterdag, september 20, 2003
vrijdag, september 19, 2003
dinsdag, september 16, 2003
"Dank U Majesteit"
"Ken jij de Koningin echt? "Ja, ik kwam met Hare Majesteit in kennis op een groot feest, een hofbal, een jaar of wat geleden. Ik houd niet van dat soort evenementen, om je de waarheid te zeggen, maar je maakt deel uit van een geheel, de samenleving, je medemensen, en je kunt je niet altijd afzijdig houden. Dus ging ik er heen. Ik ben een heel matig danser. De Koningin houdt er ook niet van
.....
Zo ontmoette ik de Koningin. Ze is een erg lieve vrouw...."
Toen we elkaar voor het laatst ontmoetten, vroeg ze nog: "Dit blijft toch binnen deze muren, en binnen de groene wanden van dit geboomte? " "Ik heb nooit anders gedacht, Majesteit.". "Ach, later, Mijnheer, later..als wij beiden oud zijn geworden... spreekt en schrijft er U n vrijelijk over, zoals Uw hart U ingeeft."
"Dank U, Majesteit."
In: Gerard Reve, De Taal der Liefde, Amsterdam 1972
"Ken jij de Koningin echt? "Ja, ik kwam met Hare Majesteit in kennis op een groot feest, een hofbal, een jaar of wat geleden. Ik houd niet van dat soort evenementen, om je de waarheid te zeggen, maar je maakt deel uit van een geheel, de samenleving, je medemensen, en je kunt je niet altijd afzijdig houden. Dus ging ik er heen. Ik ben een heel matig danser. De Koningin houdt er ook niet van
.....
Zo ontmoette ik de Koningin. Ze is een erg lieve vrouw...."
Toen we elkaar voor het laatst ontmoetten, vroeg ze nog: "Dit blijft toch binnen deze muren, en binnen de groene wanden van dit geboomte? " "Ik heb nooit anders gedacht, Majesteit.". "Ach, later, Mijnheer, later..als wij beiden oud zijn geworden... spreekt en schrijft er U n vrijelijk over, zoals Uw hart U ingeeft."
"Dank U, Majesteit."
In: Gerard Reve, De Taal der Liefde, Amsterdam 1972
maandag, september 15, 2003
Abonneren op:
Posts (Atom)