Dat gaat vanzelf
'Je wordt oud en ziek en dan sterf je. Zo moest het ook, en gelukkig gaat het ook zo. Dat ziek worden en sterven, daar behoeven we ons niet mede te bemoeien, want dat gaat vanzelf. Maar de ouderdom is interessant. Je wordt vrij. Je kunt steeds vrijer spreken, naarmate je dichter bij de Dood komt. Nu ja, zo zie ik het natuurlijk niet de gehele dag, maar vanmorgen wel.'
Gerard Reve, Klein gebrek geen bezwaar, Een keuze uit zijn brieven
Brieven aan Simon C. 1971-1975 Utrecht/Antwerpen MCMLXXXVI p.175,176
zaterdag, december 27, 2003
vrijdag, december 26, 2003
donderdag, december 25, 2003
'Kerstmis, het is gauw voorbij, voorbij, voorbij...
'Kerstmis, het is gauw voorbij, voorbij, voorbij...' meende ze te horen zeggen. 'Ach, Kerstmis, eenmaal in het jaar, eenmaal maar, en de geschenken, en allerlei presentjes...' hoorde ze duidelijk zeggen. De stem verdween en ze hoorde, als van verre, een lied....
Nu was het haar te moede, alsof ze zich ergens bevond waar ze lang, vol verwachting op een of andere verrassing moest wachten.
Gerard Reve in Tien vrolijke verhalen: De Kerstavond van Zuster Magnussen Amsterdam/Antwerpen 1993 p.56
'Kerstmis, het is gauw voorbij, voorbij, voorbij...' meende ze te horen zeggen. 'Ach, Kerstmis, eenmaal in het jaar, eenmaal maar, en de geschenken, en allerlei presentjes...' hoorde ze duidelijk zeggen. De stem verdween en ze hoorde, als van verre, een lied....
Nu was het haar te moede, alsof ze zich ergens bevond waar ze lang, vol verwachting op een of andere verrassing moest wachten.
Gerard Reve in Tien vrolijke verhalen: De Kerstavond van Zuster Magnussen Amsterdam/Antwerpen 1993 p.56
woensdag, december 24, 2003
'Iets van de weemoed '
'Zuster Magnussen mocht nuchter zijn, juist op dit ogenblik, nu het gezoem om haar heen was verstomd, en ze het getingel van de klokjes en het gezang uit de winkels niet meer hoorde, maakte zich iets van de weemoed van haar meester, waarvan elke Kerstviering doortrokken is: vrede op aarde, de geboorte van Gods Zoon, lange treinreizen, druilerig donker weer, dat de mensen in fel verwarmde vertrekken bijeendreef, schittering van verzilverd glas, gemorste kunstsneeuw, bergen verfrommeld pakpapier en de geheime geur, droevig als een jeugdherinnering -de geur van kaarsvet en warm geworden dennenaalden.
Gerard Reve in Tien vrolijke verhalen: De Kerstavond van Zuster Magnussen Amsterdam/Antwerpen 1993 p.56
'Zuster Magnussen mocht nuchter zijn, juist op dit ogenblik, nu het gezoem om haar heen was verstomd, en ze het getingel van de klokjes en het gezang uit de winkels niet meer hoorde, maakte zich iets van de weemoed van haar meester, waarvan elke Kerstviering doortrokken is: vrede op aarde, de geboorte van Gods Zoon, lange treinreizen, druilerig donker weer, dat de mensen in fel verwarmde vertrekken bijeendreef, schittering van verzilverd glas, gemorste kunstsneeuw, bergen verfrommeld pakpapier en de geheime geur, droevig als een jeugdherinnering -de geur van kaarsvet en warm geworden dennenaalden.
Gerard Reve in Tien vrolijke verhalen: De Kerstavond van Zuster Magnussen Amsterdam/Antwerpen 1993 p.56
dinsdag, december 23, 2003
Tom te tom tom
'Tom te tom tom, tom te tom, ' zong Frits in zichzelf,
'het gaat slecht, verder gaat het goed.'
'Het gymnasium bestaat twintig jaar. Ik ga er heen, voor mijn plezier'.'
'Wij deinzen voor niets terug,' zei hij hardop. 'Het zou kinderachtig zijn, weg te blijven. De beproevingen dienen in het gelaat gezien te worden.'
Gerard Kornelis van het Reve, De Avonden, een Winterverhaal, Amsterdam 1971 p.24, 25
'Tom te tom tom, tom te tom, ' zong Frits in zichzelf,
'het gaat slecht, verder gaat het goed.'
'Het gymnasium bestaat twintig jaar. Ik ga er heen, voor mijn plezier'.'
'Wij deinzen voor niets terug,' zei hij hardop. 'Het zou kinderachtig zijn, weg te blijven. De beproevingen dienen in het gelaat gezien te worden.'
Gerard Kornelis van het Reve, De Avonden, een Winterverhaal, Amsterdam 1971 p.24, 25
maandag, december 22, 2003
'Hoei boei, de kachel'
'Hoei boei, de kachel,' zei zijn moeder. Ze keek in het vuur en zei: 'Hij brandt goed. Denk eraan, dat jullie hem zo laat staan. Met de ketel ertussen.' Ze deed voor, hoe de aluminium waterketel tegen de bovenkant van de vulklep gezet moest blijven, zodat deze een eindje open stond. 'Anders vliegt alles er in een uur door, ' zei ze.
Gerard Kornelis van het Reve, De Avonden, een Winterverhaal, Amsterdam 1971 p.12
'Hoei boei, de kachel,' zei zijn moeder. Ze keek in het vuur en zei: 'Hij brandt goed. Denk eraan, dat jullie hem zo laat staan. Met de ketel ertussen.' Ze deed voor, hoe de aluminium waterketel tegen de bovenkant van de vulklep gezet moest blijven, zodat deze een eindje open stond. 'Anders vliegt alles er in een uur door, ' zei ze.
Gerard Kornelis van het Reve, De Avonden, een Winterverhaal, Amsterdam 1971 p.12
zondag, december 21, 2003
Een lied van overgave
'Opnieuw dus: Uit de diepten. En alweer: nadat hij een zeer groot aantal dagen onafgebroken aan de kruik was geweest, nog steeds echter zonder dat je veel bizonders aan hem kon zien. Een zang ook, terwijl hij ferm bleef doorstappen in de richting van de Duisternis, en weer: voor de orkestmeester. Wederom: een Nachtlied. En meer dan ooit een lied van overgave, want nimmer was mijn heimwee naar U zo fel, en zo mateloos.'
Gerard Reve, Nader tot U Amsterdam 2001 p.109
'Opnieuw dus: Uit de diepten. En alweer: nadat hij een zeer groot aantal dagen onafgebroken aan de kruik was geweest, nog steeds echter zonder dat je veel bizonders aan hem kon zien. Een zang ook, terwijl hij ferm bleef doorstappen in de richting van de Duisternis, en weer: voor de orkestmeester. Wederom: een Nachtlied. En meer dan ooit een lied van overgave, want nimmer was mijn heimwee naar U zo fel, en zo mateloos.'
Gerard Reve, Nader tot U Amsterdam 2001 p.109
Abonneren op:
Posts (Atom)