woensdag, augustus 06, 2014

"Het bestaan van kunst is een mysterie en zal dat altijd blijven.."




Het bestaan van kunst is een mysterie en zal dat altijd blijven, maar het is daarom nog niet verboden er een definitie van te geven. Mijn definitie luidde als volgt: kunst is een gestileerd menselijk handelen (of een product daarvan), dat een ontroering teweeg brengt.
In de definitie zijn zowel de stilering als het menselijke van het handelen, én de ontroering, essentieel en onontbeerlijk.
Ontbreekt de stilering, dan is er geen sprake van kunst. Het wanhopig schreeuwen van een moeder aan het bedje van haar zojuist gestorven kind ontroert ons, maar het is geen kunst. Stileert echter die moeder haar klacht in een lied, al dan niet begeleid door een muziekinstrument, dan is haar handelen kunst. Het voorbeeld is rijkelijk macaber, maar het is er één dat U bij blijft.
Ook is in mijn definitie van kunst het menselijke van het handelen essentieel, omdat dier noch plant noch de levenloze materie kunst voortbrengen. Dat wij de natuur schoon vinden is een andere zaak. Die schoonheid heeft vaak tot het misverstand geleid, volgens hetwelk de kunst de natuur zoude moeten navolgen of nabootsen. Maar dit terzijde.
Tenslotte is in mijn definitie ook de ontroering essentieel, want is die ontroering er niet, dan is er naar ons oordeel evenmin sprake van kunst. Vandaar de subjectiviteit van ons oordeel of iets kunst is of niet.

Gerard Reve in Zelf schrijver worden Den Haag 1995 p.14,15

maandag, augustus 04, 2014

De "duffe, gearriveerde kleinburger"


"Ze doen maar. Je werkt in een vacuüm hier, vind ik, en dat valt niet mee. En altijd dat gezeur over de 'duffe, gearriveerde kleinburger'! Wat kan men anders zijn? Ik leef, en schrijf, en profeteer in de huiskamer, en soms schrijf ik het op, en ik probeer niemand in het dorp aanstoot te geven en betaal alles op tijd, en praat met mijn mededorpelingen over het weer, het gewas, hun hoenders, konijnen en ander vee, en hoor hoe Sipke Lolkema toen ze erg ziek was, 45 jaar geleden, heel dure appels kreeg, en dat de nu in de winter van 1962/1963 doodgevroren boom in haar tuin ontsproten is aan een pit van één van de appels, die ze zag dat een kiem had, en daarom ging planten toen ze beter geworden was. Maar waarom al die herrie, en laat opblijven, en burengerucht maken, en eenvoudige hardwerkende arbeiders en kleinen neringdoenden kwalijk bejegenen?

Gerard Reve in Brieven aan Geschoolde Arbeiders Utrecht/Antwerpen 1985 p.20
 
Tweets van @Revetwalender