zaterdag, februari 17, 2007

'Vandaar, dat de Kerk spreekt van een mysterie.'



"Het zijn angstwekkende tijden, gekenmerkt door een tot een karikatuur uitgegroeid bijgeloof: de Dood zal binnen afzienbare tijd ongedaan gemaakt worden door de mediese wetenschap; het heelal is 'gewoon uit een ammoniakwolk ontstaan' (en dat gepresenteerd als een verklaring van het zijn van het heelal!), kortom een pseudo-rationeel denken, dat in werkelijkheid even primitief is als het geloof van het kind in de ooievaar. Voorlopig vind ik een Schepping uit het niets, door Gods Wil, een heel wat aanvaardbaarder visie, al kan men zich daarbij niets feitelijks voorstellen. (Vandaar, dat de Kerk spreekt van een mysterie.)
Enfin, niet tobben."

Gerard Reve in Brieven van een Aardappeleter, Amsterdam/Antwerpen 1993 p.229, 230

woensdag, februari 14, 2007

'Verering...die ambieer ik niet'

"Ik wil het nu over verering hebben. Die ambiƫer ik niet, en heb ik nooit geambiƫerd. Ik heb wel eens de verdenking, dat de vereerders vaak mijn werk niet of nauwelijks gelezen hebben. Maar wat me wel goed doet, dat is iemand die opeens op straat ietwat schuchter op mij afkomt en mij 'bedankt' voor een bepaald boek van mijn hand, of voor mijn optreden in het Maria-vierluik van de Nos verrekijk."

Gerard Reve in Brieven van een Aardappeleter, Amsterdam/Antwerpen 1993 p.255

maandag, februari 12, 2007

'Als iemand door niets en niemand meer getroost kan worden...'

"Als iemand door niets en niemand meer getroost kan worden: niet door de Trooster, Die, volgens Zijn toezegging, 'Met U zal zijn tot het einde der wereld',(ik doel hier op de Heilige Geest); en evenmin door de Troosteres, Wier voorspraak bij de Zoon beslissend is (ik doel hier op de Moeder van God), als die beiden dus uitvallen...(Dit is geen critiek op die goddelijke instanties, die nimmer kunnen falen, maar het kan gebeuren, dat iemand de weg naar hen toe niet vinden kan?) Maar indien dan iemand getroost zoude kunnen worden door iets, wat ik geschreven heb, ja, wat is het dan, hoe kan dat? Mag dat?
Ik gaf het piekeren op en dacht: 'Is dat een verdienste? Neen het is een genade van God.' En daarna in vervoering: 'Ik heb niet voor niets geschreven. Ik heb niet voor niets geleefd.'"

Gerard Reve in Brieven van een Aardappeleter, Amsterdam/Antwerpen 1993 p.257
 
Tweets van @Revetwalender