vrijdag, oktober 31, 2003

Uit de diepten..



Uit de Diepten. O Geest, Gij die nooit te vergeefs gezocht wordt, ook indien Gij nimmer gevonden wordt, wil u toch aan mij openbaren. Indien het uw stem is, zal ik hem herkennen en weten, dat Gij het zijt, die spreekt.

Gerad Reve: in Nader tot U, Amsterdam 2001

donderdag, oktober 30, 2003

Niet mislukt, maar ontsnapt.

Maar intussen heb ik een droevige jeugd gehad. Mislukt op school, te weten het gymnasium, wat overigens geen sportschool is. In sport en balspel was ik trouwens ook niets waard. Het besef van mislukt te zijn, is mij heel lang blijven achtervolgen. Pas heel laat zag ik in, dat een academische carrière mijn ondergang zoude hebben betekend.
Ik ben niet mislukt, geloof ik, maar ontsnapt.

Gerard Reve, Het boek van violet en dood Amsterdam/Antwerpen 1996, p.19

woensdag, oktober 29, 2003

Verborgenheid..

"Verborgenheid Verzegeld Onuitsprekelijk
Onmetelijk De Stilte Offer
De Diepten Weerloos De Nacht
met deze en geen andere woorden moet dit boek aanvangen...""

in: Gerard Reve Verzameld Werk deel 6 Amsterdam/Antwerpen 2001 p.412


dinsdag, oktober 28, 2003

Verlangen



" 't Hijgend hert der jacht ontkomen,
Dorst niet sterker naar 't genot
Van de frisse waterstromen,
Dan mijn ziel verlangt naar God"


"Als titel van mijn jongste liefdes- en avonturenroman heb ik enkele woorden gekozen uit Gods Eeuwig Woord,
te weten uit de berijmde versie van de beroemde psalm 42.."

G.R. in: Het hijgend hert, Amsterdam/Antwerpen 1998, in Verantwoording van een roman


maandag, oktober 27, 2003

Troost Mij in Mijn lijden, blijf bij Mij in Mijn eenzaamheid

'Waait het zo hard?' vroeg ik.
'Het waait helemaal niet, Gerard', zeide Lambert S., even zijdelings naar mij opblikkend. 'Heb je het koud?'
'Ja...'Maar het waaide toch wel degelijk?...Ik gevoelde een felle bries langs mijn gezicht en door mijn haren strijken...En ik hóórde de wind...Ik keek rond...Noch in de toppen van de struiken, noch in de wilgen aan de slootkant, noch hoog in de populieren verderop was enige beweging of slechts trilling waar te nemen...En toch hoorde ik iets...Het knapte en ruiste in mijn oren...Ergens in mijn hoofd nam het gedruis toe...Er sprak iemand...Ik?.. Lambert S.?..
Neen, geen van ons beiden deed een mond open...
In mijn strottenhoofd, of in mijn keel, trilde het...: 'Troost Mij in Mijn lijden, blijf bij Mij in mijn eenzaamheid', sprak een stem..Wat gebeurde er?..Wie was dat..?

In Gerard Reve,Moeder en Zoon Amsterdam/Antwerpen MCMLXXX , p.274

zondag, oktober 26, 2003

'We zijn allemaal maar gewone mensen'



' "Zou God echt bestaan, vraag ik volledigheidshalve..." "Dat soort dingen..." antwoordt Vader Bel, terwijl hij lichtelijk afwijzend het hoofd schudt. "Dat soort dingen, daar bemoei ik me niet mee. Je hebt je werk, en de zon zchijnt. En we zijn allemaal maar gewone mensen."
Inderdaad, bedenk ik, nadat ik ietwat beschaamd afscheid heb genomen: ik heb mijn werk, want ik moet wederom met gezwinde spoed voortarbeiden aan mijn nieuwe wereldboek en liefdesroman; en inderdaad daalt de weldadige straling ener milde herfstzon op ons neder, en wie weet, zijn wij allemaal maar gewone mensen.'

Gerard Reve in: Een eigen huis Amsterdam/Brussel MCMLXXIX p.126

zaterdag, oktober 25, 2003

"Maar wel geloof ik in het Licht.."

Of de duisternis het Licht ooit wel zal begrijpen, daaraan moet ik diep en bitter twijfelen. Maar wel geloof ik in het Licht, en dat het schijnt in de duisternis, in alle eeuwigheid.

Gerard Reve, in Verzameld Werk , deel 6, Amsterdam/Antwerpen 2001, p. 437 (Een mooi feest)

vrijdag, oktober 24, 2003

Een herfstlied, of avondzang



Voor de orkestmeester. Een herfstlied, of avondzang. Ik zou wel willen, dat deze brief vol zachtheid en tederheid kon zijn, met somtijds huiveringen van stilte en Aandacht, en geheel zonder gramschap jegens enig schepsel; ik zou willen dat hij een ieder die hem leest stil moge maken, en sommigen zelfs aan het schreien moge maken - want dat is het hoogste. Daar verlang en hoop ik naar terwijl ik aan het raam zit en naar buiten staar. Het is helder weer, en windstil, maar toch is het soms, of ik van verre en ijle, klagende stem hoor, als van de wind door de toppen van een duister naaldwoud. (Kom je gauw? Ja hoor, ik kom zo. Warte nur, warte nur.)

In Gerard Reve, Nader tot U, in Brief door tranen uitgewist Amsterdam 2001 p.41,42

donderdag, oktober 23, 2003

Elk danspasje.. gewantrouwd



'Het calvinisme biedt ontroerende aspekten van menselijke inzet en moed, maar het heeft van ons land, eens een wereldcentrum van kunst, een puriteinse provincie gemaakt, waar nog steeds elke maat muziek en elk danspasje worden gewantrouwd, en heeft een volk van mistieke wijndrinkers veranderd in een meute van twistzieke lepelaars van giftige graanboeljon.'

Gerard Reve in: Brieven aan Josine M. 1959-1975 Amsterdam 1981 p.164



woensdag, oktober 22, 2003

Misterie

'God is, in mijn visie, almachtig & toch weerloos, en diep afhankelijk van onze hulp en Liefde, op een wijze die een Misterie is, dat onuitsprekelijk groot, onuitsprekelijk verschrikkelijk, en onuitsprekelijk troostrijk is. God lijdt meer dan alle mensen die lijden, tezamen.

Gerard Reve in: Brieven aan Josine M. 1959-1975 Amsterdam 1981 p.131

dinsdag, oktober 21, 2003

Treurig & eenzaam

Ameland was treurig & eenzaam, zonder schoonheid met overal bungalowtjes onder de naam van 'Sonnevanck', 'Bosrand', 'Zomers Buiten', 'De Wijde Blik', 'Duinzicht' of 'Eldorado'. Bij de terugkomst bleek, dat je je auto moest laten boeken voor de overvaart, & het scheelde weinig, of we waren de hele nacht op het eiland gevangen gebleven.'

Gerard Reve in: Brieven aan Josine M. 1959-1975 Amsterdam 1981 p.104

maandag, oktober 20, 2003

Niemand kan mij ooit beletten hem lief te hebben

'Ik zie overal God, hoe zal ik het zeggen, hij openbaart zich eigenlijk in alles, en niemand kan mij ooit beletten hem lief te hebben, die gedachte schenkt mij diepe troost. (Alles geestelijk.)

Gerard Reve in: Brieven aan Josine M. 1959-1975 Amsterdam 1981 p.104

zondag, oktober 19, 2003

Het laatste woord...Liefde..God



Ik zou willen sterven aan mijn schrijftafel, met mijn pen in de hand. En het laatste woord, dat ik nog op het papier heb neergeschreven, zou moeten luiden:
liefde...
of, als het nog korter zou moeten luiden:
God.

Gerard Reve, in Verzameld Werk deel 6, Amsterdam/Antwerpen 2001, p. 467


zaterdag, oktober 18, 2003

"En schouwde om mij heen"



Alleen

Ver weg het donkre water op
ging ik eens in een kleine boot;
de wind lag stil en zonder stoot
van golfslag voer ik zwijgend voort

en schouwde om mij heen:

een vis die door het water schoof
een vogel die de lucht in stoof
en ik zat in mijn boot en dacht:

een vis die door het water schuift
een vogel die de lucht in stuift
en ik hier in mijn boot.

Gerard Reve (1938), in: Verzamelde Gedichten Amsterdam 1987 p.23

vrijdag, oktober 17, 2003

'Deze moerasdelta'



Het is nu eenmaal zo: deze door theologisch fanatisme doorwoekerde moerasdelta gonst en zwermt van godsdienst, maar volwassen religiositeit is er nog heel ver te zoeken: men weet in dit land, om het wat populair te zeggen, van God geen zure peren.
Ware dit wel het geval, dan zou men toch mijn vermeend vergrijp niet zwaarder doen wegen dan dat van de Amerikaanse ruimtevaarder, die, uit de kosmos op aarde teruggekeerd, beweert in de ruimte God te hebben ontmoet, en die op de vraag, hoe God er dan wel uitziet, antwoordt: 'She is black.'
Niemand heeft ooit god gezien, dat is de lering van deze ontroerende anekdote,
die ons deemoedig zou moeten stemmen.

Gerard Reve,
Een eigen huis
blz. 175, (Slotwoord voor de rechtbank)

donderdag, oktober 16, 2003

Heimwee en verlangen




' Tenslotte hoorde ik een stem, die mij vroeg: " Wat zoek je eigenlijk? " (Ik denk dat het Gods stem was). Ik antwoordde: "Ik zoek het Mysterie, waarvan ik geloof, dat het de Liefde is." De stem vroeg; "En wat wil je dan doen, als je die vindt?" Ik antwoordde: " Er voor knielen." Toen werd ik wakker, in tranen. Ik heb deze droom aan niemand verteld, behalve aan Tijger. "Knielen" : al mijn strijd, al mijn agressie & al mijn veroveringszucht vertolken in laatste instantsie slechts mijn diep & onstilbaar heimwee & verlangen naar overgave.'

Gerard Reve, in: Brieven aan Josine M. 1959-1975

dinsdag, oktober 14, 2003

De 'tweede Eva'



'De 'tweede Eva', Maria komt zondevrij ter wereld, en wordt bij haar sterven lichamelijk ten hemel opgenomen. in Haar wordt de materie verlost, de vijandschap tussen ziel en lichaam opgeheven. Alweer een consolidatie, door een Vrouw, van duizenden jaren denkwerk van mannen.'

Gerard Reve, in: Brieven aan mijn lijfarts 1963-1980 Amsterdam/Antwerpen p.93
Eva


Albrecht Dürer, Eva, 1507

'Eva is meer dan de brave ratio. Ze heeft daarnaast toegang tot het a-morele, verbodene en onbeperkte, en praat met de Slang. Zij brengt de zonde in de wereld, waardoor de mens een afgerond geheel vormt , van wit en zwart, goed en kwaadt ect. Alweer: de consolidatie tot een geheel.'

Gerard Reve, in: Brieven aan mijn lijfarts 1963-1980 Amsterdam/Antwerpen p.93

maandag, oktober 13, 2003

'Jij hebt niemand meer boven je'

'Jij hebt nog veel meer problematiek dan ik aanroerde. De ellende is, dat jij dokter bent, wat zo ongeveer wil zeggen: God zelf. Jij hebt niemand meer boven je. Jij kunt je praatjes en je magie aan jezelf niet kwijt. Je kunt natuurlijk je spreekkamer uitgaan en een toonband: 'Komt u maar' laten roepen en dan naar binnen gaan, maar daarna moet je het zelf weer doen. Bij alle middelen, die je jezelf toedient. ontbreken de geruststellende woorden en de lulpraat, die er absoluut bij horen, zonder welke geen enkel medicijn helpt.'

Gerard Reve, in: Brieven aan mijn lijfarts 1963-1980 Amsterdam/Antwerpen p.79



zondag, oktober 12, 2003

Niemand wil gek zijn

'De mens wil zich onderscheiden van alle anderen, maar evenzeer wil hij zich conformeren. Hij wil zo 'apart' en uniek mogelijk zijn, maar tegelijkertijd verlangt hij, dat zijn uniekheid toch nog 'ergens bij aansluit': niemand wil gek zijn.'

Gerard Reve, in: Brieven aan mijn lijfarts 1963-1980 Amsterdam/Antwerpen p.161
 
Tweets van @Revetwalender