'Ongelooflijk treurig, maar toch ook erg gelukkig'
'Ik werd ongelooflijk treurig, maar toch ook erg gelukkig, terwijl ik bedacht dat ik zonder einde de Meedogenloze Jongen zou moeten nareizen, maar steeds zijn trein juist het station uit zien stomen, of ik zou aan de kade staan en hij, alweer met een op het punt zich te ontvouwen glimlach, zou aan de reling staan van het schip dat al te ver van de wal zou zijn, en ik zou voelen, hoe mij het hart, als in een verstikkende pijn, langzaam maar grondig uit de borstkas werd gescheurd.'
Gerard Reve, Nader tot U, Amsterdam 2001 53, 54
dinsdag, december 02, 2003
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten