Gerard Reve en de dieren(1)
De 'haardkrekel' en andere 'enge torren'
'Er zijn veel kleindieren. Tijger noemt alles een 'enge tor', die ik moet wegdoen of doodslaan. Er loopt af en toe een soort zwarte kraanwagen ter lengte van een lucifersdoosje door het gras, met grote tangen, maar het is geen schorpioen. Een ander dier, dat veel in onze bagage wil en dat door Tijger ook 'tor' wordt genoemd, is een niet vliegende, dikke pikzwarte krekel, die plechtig alle gemorste suiker opeet, als een insectoïde eekhoorntje, zich krabt, tsjilpt, zijn gebit schoonmaakt, en dan weer aan een volgend hoopje suiker begint. Er is wel één soort insect, dat mij bedenkingen geeft en dat, God zij dank, nogal klein is: een soort Delta of Vliegende Vleugel, een Concorde in het klein, met neuswiel en met bommenrek onder elke vleugel, alles met aluminumverf en oranje lak of menie afgewerkt. Met het blote oog zie je gelukkig niet alles tot in het uiterste detail, maar het is echt een insect voor een politiestaat.'
Gerard Reve in: Brieven aan Wim B. 1968-1975 Utrecht MCMLXXXIII p.18, 19
vrijdag, april 21, 2006
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten