De Avonden (10)
Ik vind het heerlijk om te horen,’
‘je komt ervan in een goede stemming, vind ik.’
“Hij ging naar de huiskamer. Zijn vader lag op de divan te lezen. Hij deed de radio aan. Een orgel speelde een slepende melodie. Zijn moeder kwam binnen met een schaal oliebollen………..
Het orgelspel hield op. ‘met enkele variaties van Franck besloot Piet karwiel dit orgelconcert,’ zei de omroeper. ‘U hoort nu tot negen uur een nonstopprogramma van de Hawianmelodieën.’ ‘Zachter kan in het in ieder geval,’ zei zijn vader, stond op en dempte het geluid. ‘Dat is zoiets verkeerds,’ zei Frits, ‘dat doen ze overal. Er is iets op de radio; ze moeten iets anders doen, of ze voeren een gesprek. Dan zetten ze het zachter. Ik vind: je moet luisteren of niet. Als je luistert, moet je het flink laten spelen. Net als wanneer je het zelf in de zaal hoorde.’ ‘Ik druk me heel stom en slordig uit,’ dacht hij. ‘Ben je het niet daarmee eens, vader?’ vroeg hij.
‘Wat zei je?’ vroeg zijn vader. ‘Ik vind dat de radio een wonder van techniek is,’ zei Frits. Zijn vader zweeg……..
‘Hier is Hilversum Een, de Ensejervee,’ zei een andere stem. ‘Goedenavond, waarde luisteraars. Wij verbinden u met de kerk van de Opnieuw Gevormde Gemeente te Den Haag. Voorganger is dominee K.W.Twijgzang.’
Het toestel ruiste even. Een ogenblik was er geen enkel gerucht te horen. Daarop klonk een knappend geluid en opeens dreunde het psalmgezang van een volle kerk door de kamer. ‘Ik schrik me een beroerte,’ zei zijn moeder. ‘laten we daar even een eind aan maken,’ zei zijn vader.
‘Ik vind het heerlijk om te horen,’ zei Frits, ‘je komt ervan in een goede stemming, vind ik.’
Zie ook:
Het gebed van Frits voor zijn ouders op het weblog 'De Avonden'
Gerard Kornelis van het Reve De Avonden, Een Winterverhaal Amsterdam 1971 eenentwintigste druk p.181,182,183
zondag, december 31, 2006
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten