Eric verklaart de vogeltekenen (1)
'Meeuwen in de stad in deze tijd van het jaar, dacht hij. Men moet zich wel afvragen wat dat te betekenen heeft. Hij tuurde aandachtig om zeker te zijn dat hij zich niet vergiste, maar de lange vleugels en trage vliegbewegingen lieten geen twijfel bestaan dat het zeemeeuwen waren. Hij telde er acht. Misschien waren ze door een storm of een onweer gedwongen in de richting van de stad te vliegen, maar het leek hem toch weer onwaarschijnlijk.
De meeuwen begonnen lager te vliegen en kwamen dichterbij.
Ik had toch liever dat jullie wegbleven, zei Eric bij zichzelf, omhoog ziend naar de vogels, die nu vlakbij, boven de straat, in steeds kleiner wordende kringen vlogen.........
De zeilende bewegingen van de vogels die hij nog kon zien, veranderden nu in geklapwiek, en het volgende moment hoorde hij de tikkende en schurende geluidjes van vogelpoten in de dakgoot en op het zink van het dak.
Ze zijn gedaald, dacht hij. Zou het een teken kunnen zijn?
Maar als het een teken is, wie kan het dan uitleggen?...'
Gerard Reve in Verzameld Werk deel 6 , Amsterdam/Antwerpen 2001 p.113
zaterdag, april 24, 2004
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten